De feestdag van Maria Hemelvaart heeft diepe betekenis voor ons. Op deze dag herdenken we niet alleen, dat een Groot Wezen in de hemel opgenomen werd, maar we zien hierin de uitbeelding van een geestelijk proces, dat ons allen betreft.
Wij zien Onze Lieve Vrouwe als de grote, liefdevolle Moeder van de Heer, de Moeder van het Christuskind. Maar op deze dag kunnen we Haar ook zien als het doel, dat wij allen moeten bereiken, het doel, dat verborgen is in de diepten van ons hart.
Het is niet gemakkelijk over Haar te spreken. Zij is niet alleen de Koningin van de Engelen, een machtig Wezen, dat ver van ons in de hemelwereld leeft. Zij is ook dicht, zeer dicht bij ieder van ons, bij ieder kind, ieder dier, ieder mens. Zij is elk schepsel zeer nabij; wellicht is het moeilijk over Haar te spreken, juist doordat Zij zo nabij is. Want deze nabijheid is niet een nabij zijn van het lichaam, zelfs niet van ons bewustzijn, het is de nabijheid van de diepte van ons eigen hart en over deze diepte kunnen we niet spreken. We kunnen spreken over wat we zien. We kunnen Haar kleed zien en trachten dat kleed te beschrijven. Maar Zij is ons nabij door de stem, die in ons leeft, de Innerlijke Stem, de Stem van de Stilte, die wij in ons hart aanbidden in stilte, omdat we weten, dat ze het innerlijkste is van ons hart.
Maar ook de manifestatie aanbidden wij, omdat we door Haar manifestatie ons herinneren wat we zijn en wat we zullen worden. Zij herinnert ons niet alleen aan de schoonheid van de menselijke ziel, niet alleen aan de schoonheid van het menselijk lichaam. Zij spreekt niet tot ons als vrouw, verschillend van de man, maar als de Vrouw, die Geest is, die de incarnatie is van de Geest van Moederschap, die zich over de wereld buigt in ontferming en deze gehele wereld in Haar armen houdt.
Onze Lieve Vrouwe spreekt tot ons van die Geest van Moederschap, de Geest, die in ieder menselijk wezen leeft, in de man zowel als in de vrouw. Dit is de Geest van liefde, die ons leert, dat de schoonste muziek die onze oren kunnen vernemen de klank is van de gebeden, die tot Haar opstijgen, de gezamenlijke gebeden van miljoenen mensen, die Haar hulp en mededogen inroepen.
De Moeder Geest in ons verlangt die beden te beantwoorden; geeft ons de kracht om tegemoet te komen aan de noden van de mensheid en schenkt ons de machtige, innerlijke vreugde van Haar nabijheid. Zij, Die de beden beantwoordt van geheel de mensheid.
Dit vermogen om aan alle lijden tegemoet te komen wordt duidelijk weergegeven in de Heilige Schrift, waar wij het antwoord van Maria lezen op de boodschap van de Aartsengel Gabriël: “Zie de dienstmaagd van de Heer, mij geschiede naar Uw Wil.”
Wat is Zijn Wil? Zijn Wil is dat geen stem die om hulp vraagt onopgemerkt blijft dat elke kreet van smart wordt gehoord; dat elke traan wordt weggewist, hetzij bij een kind, hetzij bij een misdadiger.
Want voor Haar zijn er geen misdadigers. Ieder die iets misdoet is Haar kind en elke misdaad is voor Haar slechts een verkeerd gezette stap op de weg naar de bevrijding.
Het lijden van degene, die zich bewust wordt van zijn misdaad, roept in Haar dat tederste van alle gevoelens wakker: de Moederliefde. Moederliefde is de Moedergeest, de geest van de Vrouw, de liefde van de grote Moeder van de Heer, die in de hemel opgenomen is.
Zij werd in de hemel opgenomen, omdat Zij Hem gehoorzaamd had, omdat Zij ten volle Zijn leer aanvaardde, de leer, vervat in de woorden die Hij sprak tot degenen, die de overspelige vrouw voor Hem brachten en haar wilden stenigen: “Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen.”
Wij weten wel, dat niemand van ons zonder zonde is en de lering, die Christus gaf aan hen, die de vrouw beschuldigden, werd nooit door Maria vergeten. En wat Zij in het bijzonder onthield, was dat de Heer Maria Magdalena niet verwierp, maar haar hielp en oprichtte door zijn mededogen. Maria wist, dat geen duisternis zo dicht is, dat geen lichtstraal er door kan dringen.
Alle schepselen ziet Zij als Haar kinderen. Ieder wezen op aarde heeft een plaats in haar hart en dit hart, vervuld van alomvattende, brandende liefde, kunnen wij op vele wijzen aanbidden: door Kunst, Muziek, Dienst; we kunnen in kerken aanbidden en buiten in de natuur, overal kunnen wij ons hart tot Haar verheffen.
En wanneer we dit doen zegt Zij: “Ik ben niet hier, Ik ben in het hart van degene, die je niet liefhebt.“
Als we in de kerk, bij het altaar, Haar zoeken zegt zij: “Hier ben Ik niet, zoek Mij in hen hart van uw vijand.”
Als we tot Haar zeggen: “Ik aanbid U, ik vereer U“, antwoordt Zij: “Je zult Mij vinden in de harten van hen, die je niet vereert.”
Leer daarom lief te hebben met deze alomvattende liefde, de hoogste liefde die bestaat in het vergeten van zichzelf. Die liefde is rein en verheven, omdat ze geen grenzen kent en geen onderscheid maakt.
Onze Lieve Vrouwe, ons aller Moeder, kent geen grenzen tussen zichzelf en de engelen, de mensen, al wat leeft. Daardoor is zij nabij ieder schepsel, daardoor is Zij nabij het hart van het Goddelijk Kind, het Christuskind. Dit Kind moeten wij leren kennen, als je het Kind kent, kentje de Moeder en als je Hem gaat begrijpen, zult je Haar begrijpen.
Deze boodschap brengt Haar feestdag aan ons.
Zij wendt zich tot ons en zegt: “Vergeet de liefde niet. Vergeet niet, dat uw hart in samenklank met alle andere harten moet kloppen. Vergeet niet uw liefde over alle wezens uit te stralen.”
Als we hieraan beantwoorden zal vrede over ons komen, de grote vrede die Zij zendt, de vrede die ons één maakt met onze vijanden.
Dit is de tijding, die de feestdag van Maria ten Hemel opneming ons brengt.
Voor ons betekent het van onze wereld over te gaan in Haar wereld, van het onwerkelijke naar het werkelijke, van het aardse naar het hemelse.
Het sluit het vermogen in, geestelijke wezens te worden, boven het aardse uit te gaan. Het houdt ook het vermogen: in, onszelf geheel te vergeten en onze harten op te heffen tot Haar, in diepe devotie.
Dit alles is moeilijk onder woorden te brengen, zelfs moeilijk in gedachten te formuleren, want taal en denken zijn beide begrensd; maar luister naar uw hart, naar de verborgen stem, dan zul je weten, wie Zij is en wie je zelf bent.
Bron: Srimati Rukmini Devi. (Preek op Maria Hemelvaart gehouden in de Kapel van St. Michaël en Alle Engelen te Naarden, vertaald uit St. Michaël’s News, december 1951); enigszins bewerkt.
Afbeelding: Maria Tenhemelopneming: de weg van de kleine dienstmaagd
Dit is een gravure naar een schildering van Peter Paul Rubens (1577-1640), waarop de Tenhemelopneming van Maria is weergegeven.
Het feest van Maria Tenhemelopneming is het feest van de roeping van ieder mens. ‘Het is de weg van de kleine dienstmaagd, die niet uit is op macht en rijkdom.’
De prent laat zien hoe engelen Maria, gezeten op een wolk, door de lucht naar boven dragen, het hemelse licht tegemoet. De engelen zweven in een min of meer horizontale positie. Zij zijn niet aan de zwaartekracht onderhevig, want het zijn lichaamloze geesten, hoe lichamelijk Rubens ze ook heeft weergegeven. Maar Maria zit, gedragen door de wolk en de engelen.